Ruben Van Gucht - Fotografie: Gregory Van Gansen / Imagetting - Kleding & schoenen: New Balance

Hoe bereidt Ruben Van Gucht zich voor op zijn najaarsmarathon? “Geen schema, wel dagelijks lopen”

VRT-sportanker Ruben Van Gucht staat begin december aan de start van de Valencia Marathon. De vaste columnist van RunningBE-magazine houdt je komende weken op de hoogte van zijn voorbereidingen en vorderingen richting de magische 42,195 km. Dit keer vertelt hij je over zijn trainingsplannen die hij zelf als eerder ‘atypisch’ omschrijft. Hoe vult Ruben zijn trainingsuurtjes komende weken in? Hij vertelt hij je in deze blog.

Ik ga even de woede van alle inspanningsfysiologen, trainers met kennis van zaken en gepassioneerde marathonlopers op mijn nek halen: ik weiger een schema te volgen om een marathon voor te bereiden. Mijn voorbereiding is er niet meteen eentje uit het boekje. Ik doe maar wat. Ik zal zelfs meer zeggen, ik doe bewust maar wat. Een soort bloedhekel maakt zich meester van me wanneer een doel zich teveel in schema’s, regeltjes en cijfers laat gieten. Dat zal vermoedelijk wel de meest efficiënte aanpak zijn, maar mij ligt het niet. Je gaat bij mij nooit een weekschema vinden waarin op dinsdag zoveel kilometer aan dat bepaald tempo en in die hartslagzone staat, op donderdag zoveel kilometer aan dat tempo in een andere hartslagzone en in het weekend hetzelfde maar dan dubbel. Dat duurt welgeteld twee dagen alvorens ik zo’n schema al niet meer volg.

Dagelijks de loopschoenen aan

Ga ik dan niks doen? Uiteraard bereid ik me voor. Of het de ideale voorbereiding is, dat zullen anderen – ongetwijfeld – betwijfelen. Om te beginnen is er eigenlijk nauwelijks een dag waarop ik niet ga lopen. Dat is een gewoonte, een hobby, een manier van leven. De voorbije zomer ben ik in Frankrijk, in Schotland en in Hongarije geweest voor mijn werk en daarnaast moest ik ook nog in Kroatië zijn. Het eerste kledijstuk in mijn koffer zijn mijn loopschoenen. Dat is standaard. Ondanks al dat gereis heb ik geen enkele dag overgeslagen. In concreto gaat het telkens om 1u, afhankelijk van het tempo ergens tussen de 11 à 15 kilometer. Dat oogt niet slecht, keerzijde van de medaille is dat ik geen lange duurlopen meer doe. Ik kan me moeilijk opladen om 2u te gaan lopen. Ik heb dit jaar één keer een halve marathon gelopen op training en één keer 26 kilometer in wedstrijd. Dat zijn de enige twee keren dit jaar dat ik meer dan 15 kilometer heb gelopen. Daar duikt dus een eerste manco op.

“Ondanks al dat gereis heb ik geen enkele dag overgeslagen. In concreto gaat het telkens om 1u, afhankelijk van het tempo ergens tussen de 11 à 15 kilometer”

Ander manco? Ik heb mezelf de voorbije 15 jaar zo vaak pijn gedaan op training en in wedstrijd, dat ik het plezier er niet meer in vind om dat nog vaak te doen. Het gaat ook allemaal zo vlot niet meer. In mijn twintiger jaren had ik bijna dagelijks goeie benen. Wat ik ook besliste te doen die dag, het liep als het ware als vanzelf. Tegenwoordig ben ik al blij wanneer ik ééns om de zoveel dagen nog eens zo’n dag heb. Dat betekent dat ik die andere dagen op mijn gemak kilometers maal. Aan een egaal tempo, zonder al te diep te gaan, zonder tempowissels of versnellingen.

Lees ook: dit is de trainingsschoen waarmee Ruben van Gucht zich voorbereidt op nieuwe marathon. 

Basis kweken met fietsen, snelheid trainen met voetbal

Ga ik dan gewoon op deze manier naar de marathon van Valencia? Neen, ik ben nog wat van plan. Maar het zal niet volgens het boekje zijn. Er zijn twee zaken die mijn gebrek aan duur en gebrek aan intervallen gaan counteren. Begin oktober vertrek ik een week naar Marokko om er zes dagen deel te nemen aan de Roc du Maroc, goed voor 660 kilometer op de mountainbike door de woestijn. Fietsen, niet lopen, maar wel lange dagen in het zadel. Iedere dag een uur of zes à zeven onderweg moeten mij een ruime basis geven om naar de novembermaand te trekken met een goeie conditie.

“Iedere dag een uur of zes à zeven fietsen moeten mij een ruime basis geven om naar de novembermaand te trekken met een goeie conditie.”

En dan is er nog het gebrek aan intervals. Ook daar is er een passend antwoord op: de veteranenploeg van SK Londerzeel. Sinds vorig jaar maak ik daar deel van uit. Op vrijdagavond draaf ik vrolijk rond op het middenveld om opnieuw achter diezelfde bal aan te hollen die ik in mijn jeugd ook zovele jaren achterna heb gehold. De ene interval na de andere moet daar getrokken worden. Het seizoen is ondertussen weer begonnen, dus iedere vrijdagavond vul ik mijn intervaltraining in. Keerzijde van dat soort van geïmproviseerde intervaltrainingen? Ik kan de dagen nadien nauwelijks deftig lopen. Alles doet pijn, overal microscheurtjes in mijn spieren. Het is duidelijk, ik ben geen twintig en ook geen dertig meer. Nooit gedacht dat ik het ging moeten toegeven, maar mijn lichaam is niet meer wat het geweest is. De recuperatie duurt langer, het herstel minder vlot.

En toch zal ik het op die manier doen. Waarom? Omdat het de enige manier is waar ik me voor kan opladen en die me interesseert. Alle neveneffecten moet ik er dan maar bijnemen. Wellicht zijn er lopers die zich hierin herkennen. Je moet doen waar je je goed bij voelt en wat juist aanvoelt in het ‘kopke’.

In de volgende blogs van deze marathonreeks geeft Ruben je ook inzicht in zijn voedings- en materiaalkeuzes voor zijn marathontrainingen en voor de grote dag op 3 december zelf.

Like this article? Share it!

Misschien vind je deze ook interessant?