Sebastien Bellin raakte op 22 maart 2016 zwaargewond bij de aanslagen op de luchthaven van Zaventem. Dankzij zijn doorzettingsvermogen liep hij even later toch opnieuw, wat geen dokter voor mogelijk had gehouden. De honger van de ex-profbasketter was daarmee niet gestild. Hij liep de AG Antwerp 10 Miles en de 20 kilometer van Brussel als voorbereiding op zijn grote doel: de marathon. Wij hadden een jaar geleden een gesprek met de man en delen dat graag integraal. Hopelijk inspireert het je.
“Na die aanslagen kon ik mijn benen niet meer bewegen. Vooral mijn linkerbeen was er erg aan toe. Ik besefte wel meteen dat ik dankzij mijn verleden als topsporter en mijn positieve ingesteldheid meer kans maakte om te overleven. Als topsporter voer je alles geconcentreerd en stap per stap uit. Dat wilde ik ook doen om uit die benarde situatie te geraken. In het begin zat ik midden in de hel, met dode lichamen om me heen. Ze brachten me naar een plek waar even later die iconische foto genomen is (een Georgische journaliste fotografeerde Bellin die languit in een plas bloed lag; red.). Wat later belandde ik op een karretje, dat me naar buiten bracht. Ik kon mijn been afbinden en verloor zo minder bloed. Dankzij die kleine overwinningen voelde ik dat mijn game plan vorderde. Vergelijk het met een marathon. Als je meteen aan de laatste kilometer denkt, zakt de moed je in de schoenen. Het is beter om zo’n race te verdelen in kleinere stukken. De eerste stap is altijd de moeilijkste. Maar eens je jezelf overtuigd hebt om het te doen, ben je verbaasd over wat je allemaal kan.”
Motivatie
“Ondertussen zijn we bijna twee jaar verder, maar ik word nog elke dag met die aanslagen geconfronteerd. Het gezicht van de dode vrouw naast mij zie ik dagelijks. Dat verandert nooit meer. Maar ik heb het aanvaard, het is nu een deel van mezelf. Het motiveert me. Ik besef telkens opnieuw hoe gelukkig ik ben, gewoon omdat ik nu nog leef. Ik zie de toekomst als een tweede kans die ik moet grijpen, als eerbetoon aan de mensen die het niet overleefden. Ik had altijd al wel een positieve ingesteldheid. Maar na die aanslagen bleek nogmaals dat zo’n houding werkt. Ook de mensen rondom mij spelen daarbij een essentiële rol. Kwaliteit is op dat vlak belangrijker dan kwantiteit.”
Stappen
“De aanslagen vonden plaats op 22 maart, mijn dochter Cecilia verjaart op 22 juli. Ik vertelde haar dat ik op haar verjaardag weer zou stappen, ook al ging dat volgens de dokters een jaar duren. Maar het lukte! De voorbije twee jaar onderging ik elf operaties. De laatste, nog recent, aan mijn linkeronderbeen. Van mijn tenen tot halverwege mijn scheenbeen heb ik geen gevoel meer. Tijdens de laatste operatie verwijderden de dokters een stuk van mijn middenvoet, want dat ontstak keer op keer omdat er een stukje bom in zat. Mijn been zit vol schroeven en ander metaal, maar na elke operatie ben ik een stap dichter bij de volledige genezing. Al die operaties en revalidatieoefeningen geven me een pak ervaring. Net als de gesprekken met de andere overlevenden.”
Speciale eenvoud
“Eenvoudige dingen worden plots ook speciaal. Een knuffel van mijn dochter, de eerste keer dat ik uit mijn bed stapte en mijn voet op de grond zette, … Hoeveel mensen appreciëren zoiets nog? Voor mij zijn die kleine dingen heel waardevol. Vooral die eerste stap blijft me voor altijd bij. Een paar maanden eerder leek dat écht utopisch … Wat moet gebeuren, gebeurt. Daarin geloof ik heel sterk. Eerst speelde ik tennis en voetbal, maar omdat ik zo groot was, begon ik te basketten. Het ene moment speelde ik met mijn vrienden en via de jongerenploeg van de school geraakte ik in de Belgische nationale jeugdploeg. Voor ik het wist, was ik prof en international. Dat is het mooie aan het leven: wie constant in het heden leeft, kan ongelooflijke dingen realiseren. Soms zijn mensen te veel bezig met de toekomst, waardoor ze kansen missen die voor het grijpen liggen. Ik zag meteen na de aanslagen vooral mogelijkheden.”
Goede dag
“Nu leg ik mij toe op lopen, en ook dat bouw ik op. Op 22 april loop ik de AG Antwerp 10 Miles. Daarna plan ik een wedstrijd van 20 kilometer en loop ik de Brussels Airport Marathon. Wat later wil ik een triatlon afwerken. Het is een manier om aan mezelf en mijn dochters te bewijzen dat je alles in het leven kan overwinnen. Je hebt er alleen tijd en inzet voor nodig. Een doel zoals de AG Antwerp 10 Miles helpt me ook om geconcentreerd te blijven en niet aan andere zaken te denken. Verschrikkelijke dingen van die 22 maart herbeleef ik nog vaak. Soms loop ik door een straat en voel ik die explosie weer. Dankzij mijn focus veeg ik dat moment dan snel weg en ga ik verder met mijn leven.”
Zelfvertrouwen
“Door mijn lengte heb ik niet het profiel van een loper. Die marathon en triatlon worden niet gemakkelijk. Het kan me niet schelen hoelang ik erover doe. Ik ga het gewoon doen. Als de opgave te gemakkelijk is, hou ik er ook niet van. Uitdagingen trekken mij aan. Het is zoals met een handicap. Als je er een hebt, wil dat niet zeggen dat je iets niet kan. Het wil alleen zeggen dat je het anders dan de meesten moet doen. Wie met zo’n handicap leert omgaan, creëert nieuwe vaardigheden en krijgt meer zelfvertrouwen. Zo wordt het net gemakkelijker om een doel te bereiken. Telkens als er moeilijkheden opduiken, zoek je naar een oplossing. Mijn dochter morste vanochtend saus op tafel en zei nadien dat ze onhandig was. Waarop ik antwoordde: ‘Als dat het ergste is wat je vandaag overkomt, dan wordt het een goede dag.’ Deze reactie symboliseert het leven voor mij.”
Attributen
“Mijn moeder was een kinesiste en zij zorgde er altijd voor dat we voldoende buiten speelden. We waren met vijf jongens thuis en we waren altijd vrij competitief bezig met sport. Omdat ik de hele tijd voetbalde, had ik een goede conditie. Gewoon gaan lopen, deed ik toen niet. Maar na mijn carrière als basketter, werd lopen voor mij een manier om gefocust te blijven. We hadden een huis bij een meer in Michigan en in het weekend liep ik daar ’s ochtends een toertje. Een kilometer of zeven, met tussendoor wat krachtoefeningen. Lopen werd mijn fysieke uitdaging na mijn basketbalcarrière. Vandaar dat ik meteen na de aanslag daarin iets wilde bereiken.”
Pieter Loridon
“Mijn ex-ploegmakker Pieter Loridon stond op de dag van de aanslagen aan mijn ziekenhuisbed. Hij zei me ooit: ‘Als de mensen me later herinneren als een basketbalspeler, beschouw ik dat als een mislukking.’ Ik heb hem nooit gezegd dat die uitspraak zo’n impact op mij had, maar hij had overschot van gelijk. In de aanloop naar de 10 Miles werk ik samen met Bram Swinnen van Move to Cure (de praktijk van de bekende fysiotherapeut Lieven Maesschalck; red.). Hij werkt vaker met basketters en voetballers. Mijn uithouding zal geen probleem vormen. De focus ligt op algemene stabiliteit en psychomotoriek (de bewuste, vanuit de hersenen gestuurde beweging; red.). Ik moet mijn lichaam alles opnieuw aanleren, omdat ik gedurende vier maanden niet kon lopen. Mijn kinderen maken vaak grapjes over de vele attributen die voor mijn oefeningen in huis liggen. Ik ben er constant mee bezig. Ik ben daarin redelijk extreem. Als ik beslis om iets te doen, dan ga ik er volledig voor. Zoals de AG Antwerp 10 Miles, op 22 april. Exact twee jaar en een maand na de aanslagen van 22 maart. Op 22 juli van datzelfde jaar kon ik voor het eerst weer stappen. 22 speelt blijkbaar een speciale rol. Het is een knipoog van het leven.”