Vorig jaar werd je vierde in de Brussels Airport Marathon. Je was de eerste Belg. Welk gevoel gaf dat?
DAVID STEVENS: “Die marathon is een topevenement. Mijn werk, privéleven en passie voor sport komen daar samen. Het hoofdproject van de fietsbrigade is het beheer van de voetgangerszone in het stadscentrum. Mijn team en ik werken daar elke dag. Ik kom er regelmatig met mijn vrouw en twee kinderen. En vorig jaar was de aankomst net daar, op de Anspachlaan aan het Beursgebouw. Tijdens de laatste kilometer flankeerden zes collega-agenten me op de fiets. Een kippenvelmoment. Zulke momenten zijn zeldzaam. Ik werd eens Belgisch kampioen op de 3000 meter indoor. Nog meer kippenvel. De marathon van Brussel komt daar net achter. Voor zulke momenten train ik.”
Je maakt deel uit van de fietsbrigade. Heb je je snelle benen daar ook soms nodig?
“Ja, ik liep ooit iemand achterna die een pistool tegen het hoofd van een oude dame had gezet en er met haar handtas vandoor was gegaan. Wij kwamen net de hoek omgereden. De dader zag ons en zette het op een lopen. Ik erachteraan. Ik deed toen kortere afstanden, dus ik was nog sneller. Ik liep een kilometer achter hem, ergens in de buurt van de A12 in Laken. Ik ging naast de dief lopen en zei: ‘Wat denk je: gaan we nog veel langer lopen, of stoppen we?’ De wanhoop stond op zijn gezicht. Hij zakte in elkaar en ik sloeg hem zonder veel verweer in de boeien. Ik verloor nog nooit een achtervolging te voet. Met de fiets ook niet. Wie in het centrum van Brussel met de auto probeert te vluchten van een agent op de fiets, komt negen op tien bedrogen uit.”
Het volledige interview met David lees je in ons septembernummer (nu in de winkel) of hier digitaal.