Hoe komt het dat ik geen gewicht verlies met lopen?

Een toename in je gewicht is niet meteen wat je verwachtte (of waarop je hoopte) toen je begon met lopen. Voor velen is gewichtsverlies een belangrijke motivatiereden om de loopschoenen aan te trekken. En hoewel je met lopen aardig wat kilocalorieën en vet verbrandt (en daardoor gewicht kan verliezen), is het geen garantie. Maar hoe komt dat juist?
  1. Je overcompenseert je verbrande calorieën

Voeding en lichaamsbeweging gaan hand in hand als je wil afvallen. Lopen is meestal een goede methode om gewicht te verliezen, omdat je er heel wat kilocalorieën mee verbrandt. Anderzijds krijg je van al dat sporten ook veel honger en die moet je stillen … door voldoende te eten. Maar door die verbruikte calorieeën te overschatten en die in te grote mate te compenseren, kan je logicherwijs in gewicht toenemen.

Natuurlijk hoef je nu niet meteen de laatste dieethypes te volgen. Maar als je wil afvallen, moet je wel een calorietekort nastreven. Dit betekent dat je meer calorieën moet verbruiken dan je opneemt. Als je aankomt tijdens je looptrainingen neem je misschien extra calorieën in om je lichaam van energie te voorzien, maar dan in te grote hoeveelheden.

De oplossing? Experimenteer met verschillende energiebronnen en voedingsgewoontes en kies voor natuurlijke voeding om je lichaam energie te geven. Die energiereep lijkt misschien een praktische oplossing, maar bevat vaak erg veel calorieën, suiker en bewerkte ingrediënten. Tip: maak je eigen gezonde energiereep met dit recept.

  1. Je wint aan spiermassa

Aankomen in gewicht is niet per se slecht. Als je veel interval- of heuveltrainingen doet en dat eventueel aanvult met krachtsessies, bouw je – naast een loopconditie – ook spieren op. En die spieren wegen meer dan vet. Kort gezegd: je gewichtstoename kan ook door een verhoging aan spiermassa komen en dat is gezond.

De beste manier om het verschil tussen vet- en spiermassa te weten is om naar je lichaam te kijken: is het steviger dan normaal? Of voelt die ene broek toch wat strakker aan? Ook je gevoel zegt veel: voel je je sloom en suf? Of voel je je net energieker, sterk en ben je over het algemeen positief? Het gewicht op de weegschaal zegt vaak niet alles.

  1. Je lichaam houdt extra vocht vast na de inspanning

Wanneer je een nieuw trainingsschema start, is het perfect normaal dat je lichaam veranderingen ondergaat. Tijdens het sporten ontstaan er microscheurtjes in je spieren die ontstekingen kunnen veroorzaken. Het lichaam reageert hierop door deze scheurtjes zo snel mogelijk te herstellen (een ondereel van het natuurlijke, spieropbouwende proces). Om dat te doen, zendt het overtollig vocht naar het getroffen gebied om het herstelproces te ondersteunen. Het resultaat? Je zwelt wat op en er verschijnt een hoger getal op de weegschaal.

Daarnaast slaan je spieren ook meer glycogeen op, dat zich aan water bindt. Bij het sporten gebruik je glycogeen, een soort koolhydraat die je lichaam opslaat in je lever en spieren. Het is makkelijk om te zetten in energie om je fysieke acitiveiten mee te ondersteunen. Wanneer je net begint te trainen, slaat je lichaam snel meer glycogeen (en water) op om aan de eisen van de verhoogde inspanning te voldoen. Na een tijd zullen je glycogeen- en vochtniveaus zich aanpassen aan de nieuwe standaard en zal je dus minder glycogeen vasthouden. Het is dan ook aangeraden om je gewicht over een langere periode op te volgen in plaats van je blind te staren op je gewicht op een bepaald moment net na het sporten.

Like this article? Share it!

Misschien vind je deze ook interessant?