Feit of fabel? Loopmythes onder de loep

Is lopen met een loopneus ok? En hoe lang moet die langste marathontraining nu zijn? RunningBE legde 25 hardnekkige loopmythes die anno 2025 nog steeds de ronde doen voor aan experts. In dit artikel leggen we enkele mythes rond training onder het vergrootglas. Is het feit of fabel? Of schuilt er een nuance in het antwoord?

De expert aan het woord is sportarts Petra Bruggeman.

Als je sneller wil lopen, moet je harder trainen
FABEL

Door de snelheid hoog te houden op training ga je sneller lopen, toch? “Absoluut een fabel”, klinkt het bij sportarts Petra Bruggeman. “De gouden regel? Leer trager lopen. Wil je een snellere loper worden, dan is het aangeraden om 80% van de tijd aan een rustig tempo te lopen. Daarbij blijf je onder 75% van je maximale hartslag. De overige 20% van je trainingskilometers mag wel sneller zijn dan je duurlooptempo. Wie een duurzame loopcarrière wil uitbouwen, bouwt verstandig op en werkt aan een brede basis.”

Lopen met een lichte verkoudheid kan geen kwaad
NUANCE

In de voorbereiding op die ene doelwedstrijd komt een (lichte) verkoudheid altijd ongelegen. Trek je je loopschoenen toch aan of neem je best een weekje rust? “Als je rusthartslag niet verhoogd is, kan het geen kwaad om je training aan te vatten. Zeker als je geen spier- of hoofdpijn hebt”, stelt Bruggeman. “Ligt de hartslag een 5-tal slagen hoger dan normaal, dan is het best om intensieve trainingen te schrappen of aan te passen. Is je hartslag in rust 10 slagen hoger dan normaal, train dan gewoon niet. Door toch te trainen, zal je mogelijk zieker worden en je lichaam bovendien extra belasten.”

Je moet in je marathonvoorbereiding minstens een training van 35 km gelopen hebben
FABEL

“De afstand die je in aanloop naar een marathon in de benen moet hebben, hangt af van de vorm van de loper”, aldus Bruggeman. “Hoe sneller je kan lopen, hoe meer kilometers je zal aankunnen. Toppers kunnen makkelijk 36-37 km aan, maar dat is niet nodig voor de recreant. Te veel kilometers zullen de carrosserie en de fitheid van de atleet alleen maar uitputten.” Golazo Energy-coach Thijs Dekiere bevestigt: “Om die overload te voorkomen, zijn duurlopen van 2u30’ à 2u45’ ideaal. Voor lopers die aan een tempo van 6’/km lopen, komt dit uit op ongeveer 25 km.”

Er bestaan ook schema’s met een maximale duurloop van 14 km, een voorbereiding die door Bruggeman wordt afgeraden. “Je lichaam is dan niet voorbereid op de omschakeling van suikers naar vetten en ook je pezen – de zwakste schakels in het lichaam – hebben dan niet kunnen wennen aan de belasting van een marathon.”

(…)

Het volledige artikel lees je in het septembernummer van RunningBE.

Lees het volledige artikel via Blendle of bestel het magazine.

Like this article? Share it!

Misschien vind je deze ook interessant?