Bashir Abdi
35 jaar. Woont in Gent. Profstatuut bij Sport Vlaanderen. Persoonlijk record op de marathon: 2u03’36” (Rotterdam 2021). Neemt voor de derde keer deel aan de Olympische Spelen (20ste op de 10.000 meter in Rio 2016, 16de in de reeksen op de 5000 meter in Rio 2016, 3de op de marathon in Tokio 2021 in 2u10’00”).
- Wat is jouw favoriete looproute en -locatie in binnen- en buitenland?
Abdi: “Vroeger woonde ik vlakbij de Bourgoyen (natuurreservaat bij Gent; red.), waar ik enorm graag loop. Je vindt er een bijzonder mooie natuur. De paden zijn vlak en vlot beloopbaar, ideaal om tempo’s te lopen zonder mijn horloge in de gaten te moeten houden. Ik ken er elke meter. Als ik in het begin van mijn opbouw de eerste intervallen doe, trek ik naar daar. Mijn favoriete locatie in het buitenland hangt af van de periode. Vanaf december tot de voorjaarsmarathons is dat het Ethiopische Sululta, een ideale plek voor basistraining. Op 2700 meter hoogte mag je je niet kapot trainen. Tijdens de Europese zomer verkies ik de Franse Pyreneeën. Font-Romeu ligt op 1800 meter hoogte, wat niet extreem is. Het is amper twee uur rijden naar de luchthaven van Barcelona en met een zwembad en fitness vind je er geweldige trainingsfaciliteiten.”
- Wat vind je de leukste training om te doen?
“Een intervalsessie met twaalf reeksen van 1000 meter op de piste. Die loop ik een stuk sneller dan mijn marathontempo, maar veel trager dan mijn 1500 en 5000 meter-tijden. Ik begin aan 2’50”/km en eindig aan 2’45”/km. Als ik die sessie overleef, voelen alle andere trainingen makkelijker. Als loper moet je oncomfortabele dingen doen om het andere werk comfortabel te maken.”
- Wat doe je de laatste avond en ochtend voor een wedstrijd?
“Na de meeting daags voor de marathon maak ik een wedstrijdplan op en check ik een paar zaken: rugnummer, T-shirt, vaseline bij koud weer, schoenen, horloge, dranken, … ’s Avonds en ’s ochtends doe ik wat ik anders ook doe. Vroeg naar bed. Opstaan om vijf, zes uur. Sterke koffie en veel water drinken, waardoor ik vaak naar het toilet moet. Snel verteerbaar eten, zoals witte pasta, wit brood, … Maar ik overdrijf niet, want nachtrust is belangrijk.”
“Net voor de start denk ik terug aan trainingen die goed verlopen zijn en aan mijn familie die ik lang niet gezien heb”
- Wat doe je om je zenuwen in bedwang te houden en je optimaal op je race te kunnen focussen?
“Het is geruststellend wanneer je goed voorbereid bent. Ik zeg altijd tegen mezelf: als ik twaalf weken blokkentraining overleefd heb, is een marathon na een week rust veel gemakkelijker. Net voor de start denk ik terug aan trainingen die goed verlopen zijn en aan mijn familie die ik lang niet gezien heb. Tijdens de opwarming vind ik het niet erg om met andere mensen te praten, zolang het maar niet over de wedstrijd zelf gaat.”
- Wat is, fysiek en/of mentaal, jouw grootste talent op loopvlak?
“Moeilijke vraag. Als ik toch moet kiezen, ga ik voor mijn doorzettingsvermogen. Ik kijk door de pijn heen en denk altijd aan het doel. Niet altijd evident. Van december tot eind januari trainde ik keihard voor de marathon van Tokio, maar plots moest ik geblesseerd afzeggen en waren alle trainingen voor niets geweest. Toen heb ik tegen mezelf gezegd dat de Spelen het belangrijkste zijn en er nog tijd was. Topsport is keihard en ook al heb je heel wat experts rond je, het is geen exacte wetenschap.”
Op naar Parijs met Bashir Abdi, Koen Naert, Michael Somers, Chloé Herbiet & Hanne Verbruggen
Lees alle andere interviews met onze vier andere Belgische marathondeelnemers (Koen Naert, Michael Somers, Chloé Herbiet en Hanne Verbruggen) in het zomernummer van RunningBE-magazine. Je vindt RunningBE-magazine terug in de winkel of bestel het online.
