Als je je loopcadans (het aantal stappen dat je per minuut zet) verhoogt, verbeter je je loopeconomie en verklein je het risico op blessures. Maar die cadans verhogen, is makkelijker gezegd dan gedaan. Je loophouding en -stijl veranderen vraagt de nodige inspanningen, tijd en heel wat concentratie. Je lichaam is je huidige loophouding ondertussen zo gewoon, dat je hersenen harder moeten werken als je die plots aanpast.
Een recent gepubliceerde studie in ‘The Journal of Motor Behavior’ relativeert die vereistse hersenconcentratie echter: het brein van een groep onderzochte lopers die hun cadans verhoogden, raakte na enkele trainingssessies al gewend aan de nieuwe loopstijl.
Het onderzoek
Onderzoekers verzamelden de hersenactiviteit van 13 lopers tijdens een training waarbij ze hun ‘normale’ loophouding en -pas hanteerden. Nadien werd de lopers gevraagd om hun cadans te verhogen met zo’n 5 à 10% terwijl de onderzoekers hun hersenen bleven monitoren. Op de scans was duidelijke een verhoogde hersenactiviteit waar te nemen.
Na het labo-onderzoek kregen de lopers een stappenteller en sporthorloge mee om de verhoogde cadans op hun training nauwkeurig aan te houden. Na vier weken werden de lopers opnieuw onderzocht in het labo. Wat bleek? De gemeten hersenactiviteit was gelijkaardig als die van aan het begin van de studie, wanneer de lopers dus nog aan een lagere cadans hadden.
Conclusie: na slechts 9 trainingen aan een hogere cadans kunnen je lichaam en hersenen aan de verhoogde pasfrequentie gewend zijn en wordt een nieuwe loophouding als natuurlijk beschouwd.