Karakter, doorzettingsvermogen, zelfdiscipline, … Persoonlijkheidskenmerken die allemaal aantonen hoe goed je aan verleidingen kan weerstaan. Veel van die eigenschappen zijn aangeboren, maar worden ook gevormd door onze omgeving en ervaringen. Dat is bij wilskracht niet anders. Net als een spier is die eigenschap dus trainbaar.
-
Verspil je wilskracht niet
Dat wilskracht werkt zoals een spier impliceert ook dat die soms uitgeput raakt. Telkens wanneer we een verleiding weerstaan, gebruiken we die vorm van zelfcontrole. Misschien is dat ook wel de reden waarom je ’s ochtends dat koekje weerstaat, maar je ’s avonds naar die zak chips grijpt.
Psychologisch onderzoek toont aan dat ook keuzes maken heel wat wilskracht vraagt. Spaar daarom je doorzettingsvermogen op voor momenten die er echt toe doen (de keuze om te gaan lopen). Stel prioriteiten en verspil geen tijd aan minder belangrijke beslissingen (bv. welke trui je vandaag aantrekt). Beter nog: maak belangrijke keuzes op automatische piloot, m.a.w. sta niet stil bij de vraag of je gaat lopen, maar begin er gewoon aan. Je twijfelt toch ook niet om je tanden te poetsen?
-
Hou het grotere doel voor ogen
Lopers met veel karakter houden steeds het grotere doel voor ogen. Stel jezelf een ambitieus, maar realistisch langetermijndoel en formuleer kleinere doelen om je motivatie gaandeweg niet te verliezen. Wat je op weg naar dat grote doel best doet, is je wilskracht trainen door kleine verleidingen te weerstaan (bv. Die zak chips niet opeten).
-
Werk aan je mentale weerbaarheid
Wees echter niet te streng voor jezelf. Als je jezelf afkraakt, omdat het niet lukte je training te voltooien, is de kans groter dat je volgende keer ook niet doorzet. Werk dus aan je mentale weerbaarheid: op weg naar je doel, krijg je wellicht eens te maken met tegenslagen. Aanvaard verandering en focus niet op tegenslag, maar net op dat wat je wil bereiken. Een positieve mindset is cruciaal als je karakter wil kweken.
-
Zorg voor voldoende variatie
Voor zij waarbij uitspraken als ‘sweat is pain leaving the body’ en ‘what doesn’t kill you makes you stronger’ niet echt helpen, geven we nog volgende tip: varieer in je training en doe eens een leuke opwarming. Ga bijvoorbeeld wat basketten met je kinderen of maak een klein wandeltochtje. Eens je bezig bent, is de stap om aan je echte training te beginnen veel kleiner. En hoe meer je traint, hoe sneller dat trainen een automatisme wordt en hoe minder je vraagt van je wilskracht. Die kan je dan weer mooi sparen voor je andere voornemens … Bottom line: verlies geen energie in het twijfelen over je training. Dat spaart je keuzestress en dus je wilskracht. Houd het grotere doel voor ogen en geniet.
