Aan de universiteit van Alicante vonden ze 10 lopers (mannen tussen 18 en 40) die in een week twee wedstrijden van 10 kilometer liepen. Een zeer beperkte groep van proefkonijnen, maar omdat de resultaten zeer duidelijk waren, delen we ze graag.
De onderzoekers lieten de tien lopers de eerste wedstrijd afwerken, terwijl ze voor en tijdens de race alleen water mochten drinken. Een week later liep diezelfde doelgroep een nieuwe 10 km-wedstrijd, maar namen de lopers lauw water met zout in (12 milligram per 5 milliliter water). De omstandigheden waren bijna identiek. De temperatuur bedroeg 28 °C en de luchtvochtigheid schommelde rond de 75%.
Vooraleer je denkt dat je als een speer over het parcours vliegt als je voor aanvang van de race water met wat zout inneemt: de onderzoekers zagen op het vlak van chrono’s geen grote verschillen tussen beide weken. Wel opmerkelijk: tijdens de race dronken de lopers in de tweede week (toen ze zouten mee opnamen) de helft minder, maar tegelijkertijd waren ze aan de finish wel 30% minder gedehydrateerd. Een flinke bonus in warm weer, aangezien dehydratatie de voorbode van een hitteberoerte kan zijn.
Let wel: zoals eerder aangehaald betreft dit een zeer beperkt onderzoek. Zowel inzake doelgroep als afstand.
