In april en mei zullen De Coster en een vijftigtal studenten van de letterenfaculteit van de KU Leuven de loopschoenen aantrekken. Bewegingswetenschappers van de KUL zullen testen of De Coster en haar studenten na het lopen betere/creatievere ideeën hebben dan voor het lopen.
In De Tijd legt De Coster, die vroeger nog columns geschreven heeft voor running.be, uit wat ze uit het loopexperiment wil halen: “De magische formule om je creativiteit aan te zwengelen”, zegt de schrijfster met een knipoog. “En uiteraard dat iedereen gaat lopen en betere boeken schrijft.”
Voor zichzelf heeft De Coster geen wetenschappelijk bewijs nodig dat lopen een gunstige invloed heeft op haar schrijfprestaties. Dat ervaart ze gewoon. De auteur van ‘Eeuwige Roem’, ‘Wij en Ik’ en ‘Nachtouders’ loopt drie keer per week. Nu eens 8 km, dan weer 10 of 15. Al zo’n 10 jaar gaan lopen en schrijven hand in hand in haar leven.
RUNFULNESS
Ook onder wetenschappers bestaat er nu reeds consensus over het gunstige effect van lopen op onze creativiteit. Een begrip dat dan vaak ter sprake komt is ‘runfulness’. Die term komt uit de cognitieve psychologie en betekent dat onze hersenen tijdens en vlak na het lopen minder routineus werken. Dit leidt tot out-of-the-box-denken of task switching. Of simpeler gezegd: tot creatief denken. Maar over hóe dat proces zich juist voltrekt in onze hersenen bestaat amper onderzoek.