Wat doet zo’n foamroller met je lichaam?
Het gebruik van de foamroller is gebaseerd op het principe van de myofasciale therapie. Een spier is omgeven door een fascia. Een bindweefsel dat als een soort zak rond de spier ligt. De spier kan op bepaalde plekken verkleefd geraken met de fascia, of spierweefsel kan ook onderling samenklitten. Die plekken worden trigger points genoemd. Op die plekken is er extra spanning in de spier en die veroorzaakt pijn. Met een foamroller werk je alles los.
Wat kan die spierpijn veroorzaken?
In de eerste plaats denk je natuurlijk aan het melkzuur dat je opstapelt na een zware training, maar ook stress, overbelasting, een valpartij of gewoon een bruuske beweging kan spanning op je spieren zetten.
Hoe moet je de foamroller gebruiken?
Wat je vaak ziet, is zomaar wat rollen om te rollen. En dat is niét de bedoeling. Je moet heel langzaam door die spier rollen, en de plaatsen die pijn doen opzoeken. Dat zijn je triggerpoints. En die moet je blijven bewerken. Rol er iets trager en nadrukkelijker, eventueel hou je aan en blijf je drukken, om de spieren zo weer los te maken. Om afvalstoffen weg te werken rol je trouwens het best naar het hart toe. Het mag een beetje pijn doen. Een kinesist doet dat ook. Die haalt er ook de pijnlijke plaatsen uit, en duwt ook af en toe wat door, ook al is dat niet altijd even aangenaam.
Verschillen foamrollers soms?
De foamrollers hebben verschillende profielen. Je hebt er vlakke, te vergelijken met een massage met de vlakke hand. Je hebt er ook met een meer uitgesproken profiel, alsof je met je vingers in de spieren duwt. En je hebt er met noppen, die de indruk geven dat iemand met zijn duim op de spier duwt. Wie voor het eerst een foamroller gebruikt, kiest het best voor zo’n vlak profiel.
Waarom is een foamroller zo nuttig?
Het gebruiksgemak, je kunt het overal meenemen en jezelf op elk moment een degelijke massage bezorgen. Het werkt zowel preventief voor blessures, als om je spieren optimaal te laten recupereren. Een nadeel is wel dat er maar een dunne grens ligt tussen een goede en een foute zelfmassage. Je moet weten wat je doet, en je eigen lichaam kennen. Bovendien vraagt het een zekere inspanning. Het is soms pijnlijk, en je moet al een zekere kracht in het bovenlichaam hebben om jezelf heen en weer te bewegen over die rol.