De Wings for Life World Run door de ogen van Lindsey De Grande

Running.be-columniste Lindsey De Grande liep vorige week in Ieper de Wings for Life World Run. Lees hier haar verhaal.

Lopen, zo lang en zo ver als je kan, tot de ‘catcher car’ je inhaalt. Meer woorden heb je niet nodig om de fervente joggers uit hun zetel te krijgen en richting startlijn te loodsen. Voeg daar nog eens aan toe dat je door deel te nemen aan deze unieke wedstrijd ruggenmergonderzoek steunt – met als ultieme doel mensen met een verlamming weer aan het wandelen te krijgen – en je hebt een concept om u tegen te zeggen.

Een concept dat op zich vrij simpel is. Dertig minuten na het startschot, wanneer menig loper al heel wat meters in de benen heeft, start er een wagen – met de toepasselijke naam catcher car – aan 15km/u. Na een uur drijft de wagen de snelheid op naar 16 km/u, om nog eens een uur later naar 17km/u te gaan. Voor de enkelingen die dan nog dapper hun voeten voor elkaar gezet krijgen, komt de eindmeet meteen heel wat sneller dichterbij wanneer de wagen naar 20km/u gaat. Indien er twee uur later nog lopers in de wedstrijd zijn, is dat alvast van korte duur. De wagen gaat naar 35km/u tot de laatste loper is ingehaald. Wie wereldwijd, van de 35 locaties waar de wedstrijd op hetzelfde moment doorgaat, op dat moment aan de leiding loopt, mag zich een jaar lang Wereldkampioen of Wereldkampioene Wings For Life World Run noemen en wint een wereldreis.

11u30. De grote markt in Ieper loopt aardig vol. Letterlijk én figuurlijk. Heel wat lopers hollen naar de toiletten, joggen naar de plaats waar ze hun startnummer kunnen afhalen en warmen zichzelf wat op. Dat is best wel nodig, want warm is het niet. Al zou daar snel verandering in komen. Dankzij een ingenieuze uitvinding hangen er al twee strookjes aan het startnummer. Zo van het type dat je aan je bagage hangt om het vliegtuig te nemen, maar negen kansen van de tien eenmaal geland, in de verste verte niet meer te bespeuren valt. En dan mag je al blij zijn dat dat voor je bagage niet het geval is. Maar niets van dat in Ieper! Het ene strookje hang je aan je rugzak, het andere hou je bij en na de run, haal je het gelijk weer op. Handig, snel én ingenieus dus.

12u00. Starend naar een hele rij toiletten, en een nog langere wachtrij mensen, vraag ik me steeds meer af waarom deze toiletten ooit Toi Toi genoemd werden. Begrijpen doe ik het niet echt. Het klinkt veel te opgewekt voor wat het is: een zoektocht naar toiletpapier die even moeilijk is als die naar water in de woestijn, een wasknijper op je neus als beste vriend én krampen in je bovenbenen om toch maar niet op die bril te moeten zitten. Dat alles, voor je ook maar één loopbeweging hebt gemaakt. Maar toegegeven, het is het allemaal waard, zou al snel blijken.

12u30. De startvakken lopen vol. Alle lopers hebben een gekleurde bol op hun nummer, vastgelegd bij de inschrijving, naargelang ambitie, loopsnelheid en ervaring. Drie stellingen met een DJ en heel wat mensen op, doen ons heel klein voelen. En nog meer dan dat, de Menenpoort, die al jaren statig en trots weer en wind trotseert. Symbool voor alle Britse soldaten die tijdens de Eerste Wereldoorlog anoniem sneuvelden. Het maakt je nederig, en terecht.

Vanop de stelling houden Peter Van de Veire en Jani Kazaltsis het enthousiasme erin en laten ze de wave meermaals sierlijk door de 4.000 lopers vloeien. Maar eigenlijk zat het enthousiasme er sowieso al in. De lopers hadden er zin in. Lopen voor zij die het niet (meer) kunnen. In de hoop dat ze het ooit wél weer kunnen. In de overtuiging dat het komt. Wetende dat alle kleine beetjes helpen. Letterlijk en figuurlijk je beste beentje voor zetten, om hun te tonen: jullie staan er niet alleen voor.

12u59. Ik waande me even in het hoogtepunt van de soldenperiode toen de stellingen weggeschoven werden en alle lopers zo’n vijftigtal meter voorwaarts mochten bewegen richting start. Duwen voor het beste plaatsje, desnoods zelfs even krabben. Het nut ontging me toch een beetje, want was de opzet niet juist, zo lang en ver mogelijk lopen? Of kwam het kinderlijke enthousiasme en ongeduld in de lopers naar boven?

13u00. Het startschot gaat en zo’n 8.000 voeten beginnen spontaan te doen waarvoor ze gekomen zijn: lopen. En dat voor een hele tijd. Als ik het enthousiasme van de lopers al aanstekelijk vond, dan vond ik die van de supporters allesovertreffend. Er waren veel supporters, ondanks de regen en de wind. Klappen, supporteren, aanmoedigen. Het deed je bijna vergeten dat je ondertussen ook nog aan het lopen was. Keuze genoeg om een loopmakker te vinden. Tempo’s genoeg om bij aan te sluiten. En op zowat elke hoek van de straat en in elke dorpskern, mensen om dat extra duwtje in de rug te geven om het tempo aan te houden.

13u30. De catcher car is gestart en komt gedurende de eerste zestig minuten aan 15 km/u de lopers achterna. Een beetje kat- en muisspel, maar dan 4.000 muizen en één kat. Uiteindelijk wint de kat altijd. Uiteindelijk zal de catcher car alle lopers inhalen. Maar kunnen we wel van één winnaar spreken? Of zijn we eigenlijk allemaal winnaars vandaag?

14u00. Even sta ik erbij stil dat er op datzelfde moment, in 33 landen en op 35 locaties allemaal mensen hetzelfde aan het doen zijn. Hollen, voor de wagen uit. De ene in het holst van de nacht, de andere in een stralende zon, wij in regen en wind over veel te veel molshopen (ook wel lichte hellingen genaamd), naar mijn goesting. Het doet iets met een mens. Zoveel mensen in beweging krijgen. Allemaal met dat ene doel.

14u20. Mijn duurloop zit erop. Verder lopen zou niet verstandig zijn. Het gevoel wil wel, het verstand weet beter. En ook dat gevoel zal me ongetwijfeld de komende dagen dankbaar zijn. Vanuit de bus waarmee ik terug naar Ieper kan, zie ik de lopers en loopsters gestaag passeren. Tevreden dat ze opnieuw een bevoorradingspost gepasseerd zijn, iets drinken en soms eten, om daarna de volgende vijf kilometer naar de volgende post aan te vatten. Ik heb er het gezelschap van Frederik Van Lierde en diens broer Vincent. Die hebben er ook een twintig kilometer durende training van gemaakt. De lopers stromen toe en de sfeer is heel ontspannen en gemoedelijk.

14u40. In de verte zie ik iets grijs opdeinen. Het heeft niet veel weg van een kat, maar het is ze wel. De wagen rijdt links, de lopers worden door voorafgaande fietsers aangemaand rechts te blijven lopen. Ze weten het, hun run zit er bijna op. Maar de dag nog lang niet.

15u00. De catcher car is gepasseerd, op zoek naar nog heel wat lopers die moedig hun tempo verder zetten. Uiteindelijk zal de eerste vrouw zo’n dikke veertig kilometer voor de wagen uitgelopen hebben en de eerste man zo’n dikke zestig kilometer. Een prestatie om u tegen te zeggen. Maar dat zeg ik tegen elke loper en supporter daar. En dan heb ik het nog niet over de talrijke vrijwilligers, de organisatie en de sponsors. Stuk voor stuk hebben ze ervoor gezorgd dat de integrale opbrengst van het inschrijvingsgeld, rechtstreeks naar onderzoek kan gaan.

17u00. Ik ben terug op de Grote Markt van Ieper, klaar om naar huis te gaan, hoewel ik er nog vele uren had kunnen doorbrengen. Ook op de markt hebben ze niet stilgestaan. Animatie, muziek, interactie en vooral plezier maken stond er de ganse dag centraal. Ondertussen zijn er wereldwijd nog steeds heel wat lopers bezig, fenomenaal om te zien. Je wordt er even muisstil van, midden in al die drukte.

21u30. Tijd om deze dag af te sluiten. M’n spieren voelen verwonderlijk goed aan. Het heeft me echt een boost gegeven. En aan de vele blije gezichten te zien vandaag, ben ik zeker niet alleen. Mooi om te zien waartoe mensen in staat zijn. Mooi om te zien, hoeveel we elkaar kunnen steunen. Mooi om te zien, hoe er vandaag zoveel meer in beweging is gezet dan enkel onze benen. Mooi om te weten, dat dit nog maar het begin is.

Like this article? Share it!

Misschien vind je deze ook interessant?

Schrijf je nu in voor onze nieuwsbrief en ontvang een code voor gratis sportdrank van Vitalic


De codes worden wekelijks op vrijdag verstuurd naar de nieuwe nieuwsbriefaanmeldingen.