Wetenschappers Leroy Long en Manoj Srinivasan van de Ohio State University probeerden via een experiment meer te weten te komen over hoe en waarom we een bepaalde afstand in een bepaalde tijd afleggen.
Ze lieten enkele proefkonijnen een bepaalde afstand 15 keer afleggen, telkens met een andere tijdslimiet voor ogen. Vergelijk het met passagiers die op de luchthaven op tijd aan een balie moeten geraken om in te checken. Als ze maar een paar minuten tijd hebben zullen ze het op een lopen zetten, maar als er tijd genoeg is wandelen ze en stoppen ze soms zelfs onderweg nog even. En dan is er natuurlijk ook nog een mix van de twee mogelijk.
Volgens de wetenschappers heeft deze manier van voortbewegen alles te maken met het minimaliseren van ons energieverbruik. Het zit er al ingebakken van in de oertijd, toen elke calorie kostbaar was en iedereen zich op de meest economische wijze voortbewoog. De oermens liep als hij een prooi in het vizier had, maar voor de rest wandelde hij of bleef hij gewoon staan.
Long en Srinivasan berekenden ook dat 5 uur de marathontijd is die het laagste energieverbruik met zich meebrengt. Volgens hen is 8,5 km/u de gemiddelde snelheid als je de twee basisbewegingen – wandelen en lopen – mixt.
5 uur is de energie-efficiëntste marathontijd
Een mix van lopen en wandelen is de meest energie-efficiënte manier om ons voort te bewegen, concluderen Amerikaanse wetenschappers. In dat opzicht kan je een marathon het best afleggen in vijf uur.
- TEKST: runningBE
- FOTO'S: runningBE