Zoals bij niet-zwangere vrouwen is dagelijkse lichte fysieke activiteit aangeraden. Dit omvat wandelen, zwemmen, … 30 tot 45 minuten per dag zijn ideaal. Denk aan: gaan wandelen met de hond, te voet of met de fiets naar de bakker, de kinderen te voet of met de fiets naar school brengen, tjdens de zwemles van je kinderen zelf ook even zwemmen, …
Daarnaast kan je een drietal keer per week iets intensiever sporten gedurende 30-60 minuten. Let daarbij op volgende zaken.
1. Een goede cooling down is extra belangrijk, om de hoeveelheid circulerend bloed en je hartslag geleidelijk aan te doen zakken. Wanneer je plots stopt met sporten, dan bestaat de kans dat je duizelig wordt of zelfs flauwvalt, omdat er heel veel bloed in de benen achterblijft.
2. Probeer niet te sporten wanneer je honger hebt. Eet iets voorafgaand aan de sportbeoefening om de suikerhuishouding optimaal te bewaren.
3. Tracht sporten te vermijden waarbij je het moeilijk hebt om je evenwicht te bewaren.
4. Vermeld je sportbeoefening aan je dokter. Wanneer er ooit problemen opduiken tijdens je zwangerschap, dan kan hij/zij hier rekening mee houden. Sporten kan mogelijks worden afgeraden indien volgende zaken worden vastgesteld: Hoge bloeddruk, problemen met de baarmoeder, bloedverlies, een vertraagde groei van de baby, diabetes die niet onder controle is, hartproblemen
5. Wanneer je een intensievere sport beoefent, kies dan eerder voor een continu, geleidelijke sportactiviteit (zwemmen, fietsen, lopen) dan voor een intermittente inspanning (frequente intervallen aan hoge intensiteit afgewisseld met rustperiodes).