1. 2:58:40 op wijn, melk, bier, paaseieren en sinaasappelsap
In 1896 vonden de eerste moderne Olympische Spelen plaats. 17 deelnemers, onder wie 13 Grieken, verschenen aan de start van de marathon tussen Marathon en Athene. Daarbij ook Louis Spiridon, een 23-jarige waterdrager uit een arme boerenfamilie in een voorstad van Athene. Voor eigen volk won Spiridon in een tijd van 2u58’50”. Onderweg werd hij bevoorraad met wijn, melk, bier, paaseieren en sinaasappelsap.
2. Het monsterlijke trainingsbeest in Emil Zatopek
Wat Emil Zatopek in Helsinki 1952 presteerde, is en blijft uniek. De Tsjechoslowaak won goud op de 5000 en 10.000 meter, besloot vervolgens om ook van start te gaan in de marathon en zette ook die vlot naar zijn hand. Zatopek verwierf bekendheid als notoir trainingsbeest, tot 60 km per dag. Een sessie met 20 keer 200 meter, 40 keer 400 meter en nogmaals 20 keer 200 meter was geen uitzondering. Of de verhalen over die monsterlijke intervalsessies kloppen, valt onmogelijk te achterhalen. Maar dat Zatopek geschiedenis schreef, is het minste wat we kunnen zeggen. Zei hij ooit: “Pijn is een genadig iets. Als het lang genoeg ononderbroken voortduurt, verdooft het zichzelf.
3. De blote voeten van Abebe Bikila
Abebe Bikila werd in Rome 1960 de eerste zwarte Afrikaanse gouden medaillewinnaar. De Ethiopische militair had in Rome nieuwe loopschoenen gekocht, maar omdat die te veel knelden, besliste hij om de marathon op zijn blote voeten te lopen. Dat vormde geen probleem, want Bikila was het gewoon om dagelijks op die manier te trainen. Hij won en zette een nieuw wereldrecord neer: 2u15’16”. Het Colosseum lag aan de voeten van Bikila, die zichzelf vier jaar later in Tokio opvolgde, ditmaal wél met schoenen aan.
(…)
Lees alle memorabele marathonmomenten van de Olympische Spelen in het zomernummer van RunningBE-magazine. Verkrijgbaar in de winkel en online te bestellen via de webshop.