1. Routine
Feestdagen zijn plezant, maar ze kunnen je routine ernstig verstoren. Zeker als het op gezond eten en sporten aankomt. Als je het een beetje te bont maakte op een party, ben je ’s anderendaags geneigd om je looptoertje te vervangen door een afspraak met de zetel. Al die feesten en verplichtingen maken je moe, waardoor je minder zin hebt om te sporten. Nu die feestneustoestanden achter de rug zijn, heb je geen excuus meer. Pik de draad weer op! Plan je sportsessies in je agenda, desnoods met fluo en 10 uitroeptekens erachter. Ook een laattijdig familiefeest of een drink op het werk is geen uitvlucht om niet te gaan lopen. Anders verkeer je in de lente nog altijd in feeststemming!
2. Slaap
De nachten zijn soms kort, maar tijdens de feestperiode waren ze misschien nog wat korter. Gevolg: je voelt je nu uitgeput en futloos. Een slaaptekort verstoort je hormonenbalans, waardoor je meer honger hebt. Bovendien is dat de grootste vijand van je wilskracht, waardoor je moeilijker gezonde keuzes maakt. Ook op fysiek vlak is slaap belangrijk, want je hebt het nodig om je spieren na de sportieve inspanning te laten herstellen. Vul je slaaptekort aan door weer voldoende te slapen. De regel luidt: 7 tot 9 uur per nacht. Hierbij enkele tips om lekker te slapen:
– Ga elke dag rond hetzelfde tijdstip naar bed en sta op hetzelfde uur op.
– Lang in bed blijven liggen in het weekend, is verleidelijk, maar je doet je lichaam er geen plezier mee.
– Drink geen koffie meer vanaf de namiddag.
– Eet ’s avonds niet te zwaar en niet te laat.
– Vermijd alcohol ’s avonds. Je kan het gevoel hebben dat je er gemakkelijker door inslaapt, maar vergis je niet: het verstoort je slaappatroon.
– Doe geen ‘stimulerende activiteiten’ kort voor het slapengaan. Bijvoorbeeld zelf nog intensief sporten of naar een spannende serie kijken.
– Zet alle schermen uit na 21 uur. Heel moeilijk, maar dat geeft je nachtrust wel een boost.
Het volledige artikel lees je in ons januarinummer (nu in de winkel) of hier digitaal.
