Elke week hetzelfde rondje over dezelfde afstand aan dezelfde snelheid afwerken? Misschien vind je het leuk, maar een betere loper word je er niet van. Elke training sneller proberen te lopen? Nope, ook niet het beste idee, want op die manier bouw je geen basis op en reserveer je maar best een ticketje voor de lappenmand.
Hoe moet het dan wel? Door te variëren in traningsintensiteit, ofwel: gepolariseerd trainen. Die methode houdt in dat je heel langzaam of heel intensief traint en het middengebied overslaat. Thijs Dekiere, loopcoach bij Energy Lab, legt uit: “De ideale verhouding is 80% extensief en 20% heel intensief. Wie drie keer per week loopt, kiest best voor twee trage duurlopen en een intervaltraining. Beginners kunnen best beginnen met 10% intensief werk en opbouwen.”